Na Prinsjesdag zijn er aanzienlijke zorgen geuit over de aangekondigde bezuinigingen in het onderwijs en de wetenschap. Jonge wetenschappers vrezen voor hun werk en de financiële tekorten in het onderwijssector worden als rampzalig beschouwd. Onderwijsinstellingen, waaronder de RUG en Hanzehogeschool, hebben kritiek geuit op de begrotingsplannen van de overheid, die als 'historisch' en onrealistisch worden bestempeld. Daarbij worden de plannen gezien als bedreiging voor de innovatiekracht en internationale positie van Nederland als kennisland. Met een bezuiniging van 360 miljoen euro op subsidies en een dreigende stijging van de werkdruk, is de reactie uit de onderwijssector duidelijk: er moet actie komen om deze negatieve effecten te bestrijden. Veel instellingen pleiten voor investeringen in onderwijs en regionale ontwikkeling om de situatie te verhelpen.